Uitvoering:

De patiënt ligt op zijn rug en wordt gevraagd om het rechte been door heup flexie tot 45 ° te heffen.

De onderzoeker oefent daarna kracht proximaal op het knie uit tegen de weerstand van de patiënt.

Positive test:

Herkenbare pijn of zwakte is een positief resultaat.

Sensitiviteit

Drie artikelen zijn gevonden die de sensitiviteit van de RSLR voor de diagnose van intra-articulare disfuncties/laesis testen. Daarbij hebben Maslowski ea. (2009) en Clohisy ea. (2009) gemiddelde waardes en Troelsen heeft een heel lage waarde van 0,06%. Het Maslowski artikel heeft gemiddelde kwaliteitswaardes op de JADAD en QUADAS, het Clohisy artikel slechte. Troelsen heeft echter goede kwaliteitsscores. De waardes van Clohisy zijn dus niet zo veelzeggend als de andere twee.

In het geheel zijn de waardes gemiddeld tot slecht wat de test niet optimaal maakt om intra-articularee laesis uit te sluiten.

Specificiteit

Alleen de studie van Maslowski ea. (2009) onderzoekt de specificiteit van de RSLR. De waardes zijn laag met 32%. Dit maakt de RSLR geen goed hulpmiddel om intra-articulare laesis aan  te tonen.

Validiteit

Er zijn geen specifieke validiteitswaarden beschikbaar. De gevonden sensitiviteits- en specificiteitswaarden laten echter vermoeden dat de test niet geschikt is om intra-articulare laesie in de heup aan te tonen of uit te sluiten.

Bronnen:

Marsha Tijssen, P.T., M.Sc, Robert van Cingel, P.T., Ph.D, Linn Willemsen, P.T, Enrico de Visser, M.D., Ph.D. (2012). Diagnostics of Femoroacetabular Impingement and Labral Pathology of the Hip: A Systematic Review of the Accuracy and Validity of Physical Tests, Sport Medisch Centrum Papendal, Papendallaan 7, Arnhem, The Netherlands, Arthroscopy 2012 Jun;28(6):860-71. doi: 10.1016/j.arthro.2011.12.004. Epub 2012 Feb 24.